Op 27 januari 1777 in Kalkar is hij doopgetuige bij de doop van Joannes Willemsen zoon van Wilhelmus willemsen en Wilhelmina Schoofs (de meter is: Maria Bosmans).
Op 18 -10-1783 doopgetuige bij Johannes Henricus Bosleger, zoon van Henricus Bosleger en Hendrina Opderkamp. (meter is Hendrina van Will).
In 1802 woont hij volgens de bewonerslijst van Calcar in bij Gerard in 't Veen en Gertrude Rosenboom, zijn zuster. Evenals in 1803, beroep: sabotier (= klompenmaker).