Albertus de Wildt, 1840–1902 (leeftijd 61 jaar)
- Naam
- Albertus /de Wildt/
- Voornamen
- Albertus
- Tussenvoegsel
- de
- Achternaam
- Wildt
vader |
1790–1863
Geboren: 31 maart 1790
37
39 — Wijchen Overleden: 4 juli 1863 — Linden |
---|---|
moeder |
1798–1887
Geboren: 29 juni 1798
43
43 — Linden Overleden: 1 april 1887 — Linden |
Huwelijk | Huwelijk — 22 november 1824 — Linden, Noord-Brabant, Nederland |
RK huwelijk | RK huwelijk — 22 november 1824 — Groot-Linden |
9 maanden
oudere zus |
1825–1854
Geboren: 22 augustus 1825
35
27 — Wijchen Overleden: 12 maart 1854 — Linden |
17 maanden
oudere zus |
1827–1832
Geboren: 1 januari 1827
36
28 — Wijchen Overleden: voor 1832 |
20 maanden
oudere broer |
1828–1888
Geboren: 30 augustus 1828
38
30 — Wijchen Overleden: 9 juli 1888 — Wijchen |
19 maanden
oudere zus |
1830–1886
Geboren: 15 maart 1830
39
31 — Wijchen Overleden: 8 juni 1886 — Uden |
3 jaar
oudere zus |
1832–1851
Geboren: 1832
41
33 — Wijchen Overleden: 9 oktober 1851 — Linden |
2 jaar
oudere broer |
1834–1915
Geboren: 31 januari 1834
43
35 — Wijchen Overleden: 11 oktober 1915 — Linden |
23 maanden
oudere broer |
1835–1871
Geboren: 21 december 1835
45
37 — Wijchen Overleden: 24 november 1871 — Groot-Linden (NBr) |
4 jaar
hijzelf |
1840–1902
Geboren: 17 februari 1840
49
41 — Wijchen Overleden: 1 februari 1902 — Linden |
hijzelf |
1840–1902
Geboren: 17 februari 1840
49
41 — Wijchen Overleden: 1 februari 1902 — Linden |
---|---|
echtgenote |
1841–1887
Geboren: 5 augustus 1841
40
34 — Linden Overleden: 5 november 1887 — Linden |
Huwelijk | Huwelijk — 29 april 1872 — Linden, Noord-Brabant, Nederland |
4 jaar
dochter |
1876–1882
Geboren: 30 juni 1876
36
34 — Linden Overleden: 8 februari 1882 — Linden |
Gedeelde notitie | Hij is geboren in Wijchen, zijn vader Jan de Wildt was daar toen gevestigd als bierbrouwer. Hij bleef in het ouderlijk huis Kerkstraat 15 te Linden wonen. hij bouwde een nieuw huis op dat adres in 1890. In 1902 ging het huis naar Joh Roelofs en Maria Thoonen. Albertus schoot in 1897 en 1898 koning bij het St. Antonius en Maria Gilde te Groot Linden. Hij schoot keizer in 1899. De Gelderlander 1 augustus 2016 In Boeven & Boefjes belicht De Gelderlander criminele zaken uit het verleden. In samenwerking met het Brabants Historisch Informatie Centrum. Vandaag deel 46: cafébaas botst met veldwachters. Geurt Franzen In de tweede helft van de negentiende eeuw steeg het alcoholgebruik van de Nederlander naar ongekende hoogte. In de zeventiger jaren liep het per hoofd van de bevolking op van rond de 5 liter naar 9liter per jaar. Dat is de pure alcohol opgeteld in alle drankjes bij elkaar. Het absolute dieptepunt werd bereikt in het jaar 1877. In dat jaar steeg het naar niet minder dan 9,97 liter per jaar. We kunnen er nu ook nog wat van, met circa 7 liter per hoofd van de bevolking. Maar die bijna 10 liter in 1877 was een record. In de negentiende eeuw was het drankgebruik ook veranderd. In vroeger tijden werd vooral het licht-alcoholische bier gedronken; dat was vaak veiliger dan drinkwater, dat nogal eens verontreinigd was. Maar in de negentiende eeuw werd het veel sterkere jenever volksdrank nummer één. Niet alleen in verpauperde buurten van de steden werd veel gedronken, ook op het platteland. Soms kreeg een boer zijn hooi niet op tijd binnen omdat zijn knechten rond het middaguur al laveloos waren. De plaatselijke overheden probeerden het alcoholmisbruik aan banden te leggen, onder meer door de openingstijden van herbergen te reguleren. De burgemeester van Linden, Gerardus van den Bosch, probeerde dat ook. In het 'recordjaar' 1877 stuurde hij zijn veldwachter, Lindert Vullings, naar de herberg van Albert de Wildt. Lindenaar Vullings kreeg steun van de in Cuijk gestationeerde rijksveldwachter, Rijk van 't Land. Op 4 juni 1877, rond de klok van elven, stonden de twee veldwachters in de deuropening van de tapperij van De Wildt. Eigenlijk moest de kroeg al dicht zijn, maar de cafébaas kreeg een waarschuwing. De politieambtenaren waren coulant en wachtten tot middernacht. Toen gingen ze opnieuw naar binnen. Er zat nog volk en er werd nog getapt. Van 't Land pakte zijn notitieboekje en wilde de namen van de aanwezigen al gaan opschrijven, toen De Wildt hem krachtig oppakte en buiten smeet. "Wij hebben hier geen veldwachters nodig", riep hij hem na. Zijn plaatsgenoot Vullings kreeg een flinke stoot in de rug en werd ook naar buiten geduwd. "Gij smeerlap! Eruit!", riep de kastelein. De twee overheidsdienaren maakten proces-verbaal op en op 7 augustus stond De Wildt in Den Bosch voor het beklaagdenbankje. Hij werd beschuldigd van mishandeling én belediging. De Lindense kastelein sputterde nog wat tegen. Dat hij geen geweld had gebruikt, zei hij. En dat hij Van 't Land niet eens had gekend. Hoe had hij nou kunnen weten dat het een veldwachter was? Dat smoesje werkte niet bij de rechters. De herbergier had immers zelf geroepen dat ze in Linden geen veldwachters nodig hadden. Een week later deed de rechtbank uitspraak. Omdat de lichamelijke schade beperkt was en hij goed bekendstond, hoefde hij slechts drie dagen te zitten. De boete bedroeg 8 gulden en de rekening van de rechtbank 13,34 gulden. Twee bedragen die anno 2016 een waarde zouden vertegenwoordigen van iets meer dan 200 euro. Wij hebben hier geen veldwachters nodig. Gij smeerlap! Eruit! Albert de Wildt, kastelein te Linden anno 1877 |
---|
Mediaobject |
---|